H. Gerardus Majellakerk in Utrecht
De eerste steen werd gelegd op 21 oktober 1934.
Vanaf 3 september 1935 wordt in de kerk de Eredienst gevierd...
Patroonheilige
De kerk heeft de naam gekregen van de heilige Gerardus Majella. Gerardus Majella is geboren en heeft geleefd in Zuid Italië, in de omgeving van Napels, van 1726 tot 1755. Hij is broeder geweest in een Redemptoristenklooster. Paus Pius X heeft hem 11 december 1904 heilig verklaard. Hij is een volksheilige. Behalve de kerk zijn ook park en wijk rond de kerk naar hem vernoemd.
Architectuur
De kerk, die aan een belangrijke invalsweg van de stad en op een druk verkeerspunt ligt, is als zodanig een markant en herkenbaar bouwwerk.
Architect van de kerk was H.C. van de Leur (1898-1994). In navolging van zijn leermeester, de benedictijner monnik Dom Bellot, werkte hij graag met baksteen.
Hij ging op een mozaïkachtige manier te werk door meerdere kleuren steen te gebruiken en dor deze in ondermeer ellipsvormige en kepervormige bogen te doen vermetselen. Een goed voorbeeld van zijn manier van werken is de triomfboog, die de afscheiding van het priesterkoor vormt.
Dezelfde wijze van werken is terug te vinden in de tegelvloeren in de gangpaden en in de ramen van gekleurd glas. Hij heeft aldus een waardig en devoot gebedshuis tot stand gebracht.
3 September 1935 werd de kerk in gebruik genomen. 30 Juni 1936 heeft aartsbisschop J. de Jong de kerk geconsacreerd.
Ramen
De gebrandschilderde ramen werden ontworpen en gemaakt door W. Mengelberg te Zeist.
De voorstellingen in de ramen van de abscis (priesterkoor) werden ontleend aan het Oude Testament. Ze zijn bedoeld als typografieën van de 7 sacramenten.
- Adam en Eva (huwelijk)
- Genezing van Tobias (ziekenzalving)
- David en Natan (biecht)
- Elia met engel (Eucharistie)
- Doortocht door de Rietzee (doopsel)
- Zalving van David (vormsel)
- Roeping van Aaron (priesterschap)
De ramen van het zuidertransept
De ramen van het zuidertransept (Vleutenseweg) geven een uitbeelding van de zaligsprekingen te zien. Daarboven wordt het Laatste Oordeel uitgebeeld en het raam wordt bekroond door de Christus Pantocrator - Christus de Albeheerser.
De ramen van het noordertransept
De ramen van het noordertransept (Broerestraat) geven de geheimen van de rozenkrans weer.
- 5 blijde geheimen
- 5 droevige geheimen
- 5 glorievolle geheimen
Boven in het raam: H. Drievuldigheid.
Beelden
De kruiswegstaties komen uit de vroegere Ludgeruskerk aan de Amsterdamsestraatweg en zijn van de beeldhouwer Leo Jungblut. Ook het missiekruis in het priesterkoor en het Gerardusbeeld in de gevel van de kerk zijn door hem gemaakt.
Maria altaar
Naar aanleiding van de dogmaverklaring van Maria Tenhemelopneming door paus Pius XII in 1950 werd René van Seumeren opdracht gegeven een Maria altaar te maken.
In het midden van de retabel staat Maria met Kind. Aan weerszijden zijn tweemaal zes taferelen uit het leven van Maria weergegeven: vanaf de boodschap van de engel tot haar opneming in de hemel. Het Maria-altaar werd 19 april 1951 tijdens een Plechtig Lof gewijd.
Carillon
De kerk beschikt over een carillon, bestaande uit 35 klokken, de 3 luidklokken meegerekend. Dit carillon werd geschonken door de familie Fr. Van Seumeren. De klokken dragen de namen van het echtpaar, de kinderen en de kleinkinderen.
De klokken zijn gemaakt door de fa. Petit en Fritsen te Aarle Rixtel. 6 Januari 1955 vond de overdracht van de bejaard plaats.
Het carillon speelt op de hele en halve uren.
Menorah
Arie Teeuwisse te Amsterdam heeft in 1986 voor de kerk een zevenarmige kandelaar gemaakt en in brons laten gieten.
De menorah, stammend uit Tabernakeltent en Tempel, is bedoeld blijvend te herinneren aan de joodse wortels van het Christelijk geloof.
Op het feest van St. Gerardus 19 oktober, werden de kaarsen voor het eerst ontstoken. De zevenarmige kandelaar herinnert aan het lot van de Nederlandse en speciaal van de rond 1200 Utrechtse joden die in de Tweede Wereldoorlog zijn omgebracht. Nauw verbonden daarmee is het feit dat de menora tevens een eerbewijs is aan de drie politie – agenten uit de Gerardus Majella –parochie die in 1942 geweigerd hebben mee te werken aan de deportatie van joodse stadgenoten en als gevolg daarvan hebben moeten onderduiken. Die drie, Jan Vernooij, Kees Vernooij en Rut van Breemen, gaven gehoor aan de brief van de bisschoppen die opriep niet te gehoorzamen aan orders van die strekking. Jan Vernooij, een vader van zeven kinderen uit de Van Meursstraat, was de man die in 1986, toen de menora werd geplaatst, als eerste een kaars ervan ontstak. Dat heeft toen diepe indruk gemaakt.
De menora is een geschenk van mgr Fons Mensink aan de parochie bij zijn twaalf-en-een-halfjarig jubileum als pastoor.
Gobelins
Achter de menorah hangt een kleed met een voorstelling van het loofhuttenfeest, een van de drie grote Joodse feesten.
Antoinette Gispen, Rotterdam, heeft het doek ontworpen; Articienti te Amsterdam heeft het geweven in 1992.
Dezelfde ontwerpster en hetzelfde atelier hebben ook het andere gobelin gemaakt; de gedaanteverandering van de Heer (tabernakel) in 1993.
Doopvont
Een aanwinst voor de kerk is de doopvont, die ontworpen en gehouwen werd door Theo Hoitink, parochiaan van deze kerk.
Op de kuip van het vont staan Oud-Testamentische, op de deksel Nieuw-Testamentische voorstellingen. Kerstmis 1992 was het doopvont en het deksel gereed.
Maria kapel
De laatste aanwinst voor de kerk is de Maria kapel met 7 nieuwe glas-in-loodramen ontworpen door Huub Kurvers. Als onderwerp voor de ramen is gekozen voor het Magnificat. In de ramen zijn meerdere delen van de tekst van het Magnificat.
Het ontwerp van het hekwerk is van Willem Jonkers te Deventer.
De kapel werd november 2002 plechtig in gebruik genomen.